HET DAME-EINDSPEL VAN CORTLEVER (25 oktober 2003)

In het studie-compositie toernooi ter gelegenheid van zijn 50e verjaardag, gaf Jan Timman de Vijfde Eervolle Vermelding aan een pionnen-eindspel met een bijzondere krachtsverhouding: één tegen acht.

Wit speelt en wint
D. Novomesky en L. Siran, 2002

1.c7 e2 2.c8D e1D Met een dame-eindspel van nul tegen zeven pionnen - de nul pionnen winnen. 3.Dc4+ Db4 4.Dc6+ Db5 Niet b5 5.Dc2+ en mat. 5.Dxe4+ Db4 6.Dd3! En Zwart is in tempodwang. Db3 mat moet verhinderd blijven; Db5 gaat niet wegens Da3 mat, en op b5 volgt weer Dc2+ en mat. Zwart kan alleen met zijn pionnen spelen. 6...a6 7.Dd7+ Db5 8.Dd4+ Db4 9.Dd3 Met dezelfde tempodwang. De rest spreekt vanzelf. 9...g4 10.Dd7+ Db5 11.Dxg4+ Db4 12.Dd7+ Db5 13.Dd4+ Db4 14.Dd3 g5 15.Dd7+ Db5 16.Dd4+ Db4 17.Dd3 g6 18.Dd7+ Db5 19.Dd4+ Db4 20.Dd3 g4 21.Dd7+ Db5 22.Dxg4+ Db4 23.Dd7+ Db5 24.Dd4+ Db4 25.Dd3 g5 26.Dd7+ Db5 27.Dd4+ Db4 28.Dd3 g4 29.Dd7+ Db5 30.Dxg4+ Db4 31.Dd7+ Db5 32.Dd4+ Db4 33.Dd3 en Zwart gaat mat.

Behalve dat record van één tegen acht werd in die studie nog een ander maximum bereikt - het is de langste uitbouw van een al zestig jaar oud idee. Nico Cortlever (1915 - 1995), jarenlang Nederlands topspeler en een vooraanstaand studiecomponist, had de slotstand (zonder pion a6, en gespiegeld) al in 1941 gepubliceerd in het huisorgaan van de Shell. (Overigens vind ik dat bewerkers, als hommage aan de bedenker van een idee, de oerstelling niet zouden moeten spiegelen.)

Wit speelt en wint
N. Cortlever, 1941

1.De7+ Dg5 2.De4+ Dg4 3.De3 en Wit wint.

Het bleek een vruchtbaar idee; in 1943 knoopte de Fin Ojanen er het ophalen van de e-pion en één g-pion aan vast. Maar het is mogelijk dat Ojanen het hele idee zelf had bedacht, want het Shell-huisblad werd waarschijnlijk niet in Finland gelezen, en in de oorlog waren er niet veel internationale contacten tussen schakers.
    Maar niet alleen kan Cortlevers tempodwang steeds herhaald worden, die kan ook fraai verbonden worden met andere motieven.

Wit speelt en wint
D. Petrov, 1946

Behalve Kxb4 dreigt Zwart ook mat door Da8+ Daarom: 1.La5! bxa5 Niet 1...Da8 2.Dd3+ Ka4 3.Dc4+ Kxa5 4.Da2+ 2.Dd3+ Ka4 3.Ka2! Dreigt damewinst. 3...Db7! 4.Dc4+! Db4 5.Pb6+! cxb6 6.Dd3! en verder als bekend: 6...g6 7.Dd7+ Db5 8.Dd4+ Db4 9.Dd3! g5 10.Dd7+ Db5 11.Dd4+ Db4 12.Dd3 g4 13.Dd7+ Db5 14.Dxg4+ Db4 15.Dd7+ Db5 16.Dd4+ Db4 17.Dd3 en Wit wint. Het is hier zeer fraai dat de beide zwarte pionnen pas in de loop van de oplossing op hun blokkerende velden terecht komen.

Tot slot een verrassende bewerking, weer op de koningsvleugel:

Wit speelt en wint
A. Mamedov, 1979

Na de inleiding 1.h4+! Kxh4 2.Df4+ Dg4 3.Df6+ Dg5 4.Dd4+ Dg4 5.Dxd8+ Dg5 6.Dd4+! Dg4 7.De3! blijkt de tempodwang zelfs te werken met die zwarte loper erbij. Die moet f7 blijven dekken (anders bijvoorbeeld 7...Ld7 8.Df2+ Kg5 9.Pf7+ Kg6 10.Pe5+) terwijl ook 7...Dg7 niet gaat wegens 8.Dh3+ Kg5 9.Dg3+ Kf6 10.Dc3+ Dus: 7...Lg6 8.De7+ Dg5 9.Pxg6+! hxg6 (Kg4 10.De4+) 10.De4+ Dg4 11.De3! en het dame-eindspel van Cortlever staat weer op het bord - Wit wint.

© Tim Krabbé, 2003

PS 31 december: Harrie Grondijs, auteur van het boek Charged Moves and Progressions over Cortlevers eindspelstudies, deelt mee dat de eerste publicatie van het eindspel plaatsvond in 1942 in een boekje van Kurt Richter, Das Matt, ondertiteld: Eine Plauderei über den Mattangriff im Schach, en uitgegeven als 'Sonderdruck für das Oberkommando der Wehrmacht, Abteilung Inland'. Zie ook het uitgebreide verhaal over Cortlevers vondst in mijn Open Chess Diary, item 233.


Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site