DE REPARATIE VAN TF7

Toen ik eens bij een schilder logeerde, kwam die op een middag stralend zijn atelier uit, roepend: 'Ik heb een zeer creatieve dag gehad.'
    'Wat heb je dan gedaan?' vroegen we.
    'Ik heb gezien dat mijn schilderij af is.'
    De kunst om te zien dat je hebt gemaakt wat je wilde maken is inderdaad een gave. De meeste kunstenaars kunnen zelf bepalen of iets af is, maar een schaakcomponist kan dat niet. Behalve mooi, ontroerend en bevredigend moet zijn werk ook kloppend zijn. Als een roman niet klopt, kraait daar geen haan naar, maar bij schaken zijn er jury's en oplossers die publikatie dan zelfs kunnen verhinderen.
    Bij het studie-toernooi ter gelegenheid van de vijftigste verjaardag van Jan Timman (in december 2001, maar de afwikkeling van zulke evenementen neemt wat tijd in beslag), vormde Timman samen met de Israeliër Afek (net als Timman zowel speler als studiecomponist) de jury. Ze kozen deze winnaar.

Wit speelt en maakt remise
Stefan Kindermann
1e Prijs, 'Jan Timman 50' toernooi, 2002

Timman en Afek waren blij en verbaasd toen ze hoorden een studie te hebben bekroond van de enige partij-grootmeester die had meegedaan - en die nooit eerder een studie had gemaakt.
    Zwart dreigt mat. Na 1.Txf2 (dreigt ook mat) volgt 1...Txa7 2.exd3 (anders dxe2) gxf2, en Zwart wint. 1.Lxf2 Na dxe2? 2.Ld4! wint wit, dus: 1...Txf1+ 2.Lg1 dxe2 (Txf6 3.Ld4) 3.Pf3! Txf3 4.Txf3 e1D (zie diagram rechts) Wit lijkt uitgepraat, maar het fantastische 5.Tf7! maakt remise. Er dreigt 6.Th7+ met pat. Omdat de stelling na Dxg1+ en Lxf7 een bekende remise is, moet Zwart iets anders doen. Maar 5...De4 6.Ld4+ Dxd4 6.Th7+ enz. is weer pat, en na 5...Db1 6.Th7+ Dxh7 7.Ld4+ Dg7 8.Lxg7+ Kxg7 heeft Wit weer die vesting; loperoffers op h3 of g2 richten niets uit. Remise.
    Maar toen ik de (nog voorlopige) winnaar op mijn website zette, kreeg ik al vlug een mail van John Saunders, die liet zien dat Zwart met 3...Kh7! toch kan winnen. Er dreigt dan e1D, en met 4.Tf4 Ld5! (e1D? 5.Txh4+ en Pxe1) 5.Txh4+ Kg7 6.Tg4+ Kf6 7.Tf4+ Ke7 8.Tf5 Lxf3 9.Te5+ Kd6 10.Txe2, de enige manier om de e-pion tegen te houden, heeft Wit tegen zijn zin zijn pion h3 tot leven gewekt, waardoor 10...Lxe2 geen pat, en dus winnend is.
    Zoals in zulke gevallen gebruikelijk is, kreeg Kindermann de kans om zijn mooie Tf7-studie te repareren. Na een tijdje kwam hij met een nieuwe versie (zie diagram). De oplossing begint dan: 1.Txf4 e2 2.Pf3 Txf3 3.Txf3 e1D 4.Tf7 en verder zoals bekend) die echter van de charme van het origineel alleen 4.Tf7 had behouden.
    Dat vonden Timman en Afek ook, maar ze besloten de studie toch de eerste prijs te laten houden. Ze deden echter ook iets ongewoons. Er mag dan vaak over juryleden worden geroepen dat ze zelf nog geen halve Rietberger kunnen springen - deze juryleden probeerden de beoordeelde prestatie naar het cijfer op te krikken dat ze al gegeven hadden. Timman, en ook Harold van der Heijden, maakten correcte versies waarin Tf7! de centrale zet is, en die mooier waren dan Kindermanns eigen revisie, maar toch misten ook die de charme van het origineel, waarin Ld4, vóór het de dame wint, al een paar keer op andere manieren reddend is.
    De schade is, vrees ik, definitief. 'U ziet er niets van, mevrouw,' roept de kleermaker, maar zij weet heel goed dat iedereen de weggewerkte winkelhaak in die mooie jurk zal blijven zien.
    Wie zelf een Kindermann wil proberen - bedenk dat de computer hier niet kan helpen, want die ziet niet dat die vesting-stelling remise is.

© Tim Krabbé, 2003


Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site