MARKTSCHAAK

Er is een ontwikkeling in het schaken gaande die collega's al tot koppen heeft gebracht als: 'Nadenken wordt verboden' en: 'Het schaken wordt afgeschaft.' Ze reageerden op het plan van FIDE-voorzitter (lees, huiverend: -eigenaar) Iljoemzhinov om in alle FIDE-evenementen de denktijd terug te brengen tot één uur voor de eerste 40 zetten, en 20 minuten voor de rest van de partij. De maximale lengte van een serieuze schaakpartij zou daarmee dalen van 7 uur naar 2 uur en 40 minuten. (Zie het naschrift.) De bedoeling is schaken aantrekkelijker te maken voor televisieprogramma's en dus sponsors. Dat er dan nooit meer een diepe gedachte zal zijn of een behoorlijk eindspel zal worden gespeeld, is bijzaak.
    Over deze aanslag op het klassieke schaak heeft de Oekraïense grootmeester Eingorn een paar interessante dingen gezegd. Voor een professional als hijzelf ziet hij ook voordelen. 'Hoe hoger het speeltempo, hoe meer toernooien je kan spelen, en hoe meer je kan verdienen. De toeschouwers kunnen partijen van twee uur ook makkelijker volgen dan partijen van vijf uur. Maar moeten we hen zo tegemoetkomen? Oppervlakkigheid zou de boventoon voeren, diepte zou verdwijnen, intuïtie zou allesbepalend zijn. Schaken zou geen intellectueel spel meer zijn, maar iets ter verstrooiing - het zou van het theater verhuizen naar het stadion. De bedoeling is geld aan te trekken; verkoopbare waar te scheppen - het spel zou dan ook 'marktschaak' genoemd moeten gaan worden.'
    Bij alle afkeer die ook ik voel, kan je je afvragen wat schaken 'eigenlijk' is. Meer dan honderd jaar lang was een serieuze schaakpartij een partij waarbij gemiddeld drie à vier minuten per zet mocht worden nagedacht. We zijn door die traditie geneigd dat als het Ware Schaak te zien, maar toen aan het eind van de 15e eeuw het schaakspel haar moderne regels kreeg, was daarbij niets bepaald over denktijd. Hoe lang men dacht zal een kwestie zijn geweest van gewoonten en omstandigheden, en ook van techniek; speciale zandlopers en schaakklokken werden pas na 1850 gemaakt. Het principe schijnt eeuwenlang te zijn geweest dat er in een serieuze partij naar behoeven mocht worden nagedacht. Pas toen er spelers kwamen die soms uren over één zet deden (Louis Paulsen, een rivaal van Morphy, was daar berucht om), werden er langzamerhand tijdlimieten en -controles ingevoerd, maar je zou kunnen zeggen dat iedere tijdcontrole een aantasting is van een oer-recht om onbeperkt over een schaakzet na te denken. Correspondentieschakers, die dagen voor een zet hebben, beweren dan ook graag dat hùn soort schaak het ware schaak is. 'Een paar dagen maar?' zou je tegen kunnen werpen - er zijn stellingen die in nog geen duizend jaar kunnen worden doorgrond; iedere beperking brengt oppervlakkigheid met zich mee. Hoe te bepalen welke mate van oppervlakkigheid genoeg ruimte voor diepzinnigheid laat? Drie minuten per zet? En de tijdnood dan, die onverbrekelijk hoorde bij het klassieke toernooischaak, maar die vaak voor gruwelijke oppervlakkigheden zorgde?
    Ook in de snelle partijen van het markstschaak kunnen geniale kunstwerken tot stand komen. Soltis nam zelfs zo'n partij op in zijn lijst van 100 beste partijen van de eeuw; op de 80ste plaats. De winnaar van die partij maakte destijds enkele interessante opmerkingen over zijn kunstwerk, en over dat soort snelle schaak.

Ivanchuk - Joesoepov, Brussel 1991
Het was een beslissingspartij in de kwartfinale van de kandidatenmatches om het wereldkampioenschap. De spelers moesten hun eerste 60 zetten doen in 45 minuten, en hadden een kwartier voor de rest. Joesoepov had al eerder belangrijke tiebreaks in rapidpartijen gewonnen, maar: 'Ik vind deze methode om een match te beslissen niet juist. Het komt neer op dobbelen, maar misschien had ik, juist omdat ik dat inzag, een klein voordeel op mijn tegenstander. Ik verzoek de lezer daarom deze partij niet al te serieus te nemen, maar hoop desondanks dat hij er plezier aan zal beleven.' Dat zit wel goed.
1.c4 e5 2.g3 d6 3.Lg2 g6 4.d4 Pd7 5.Pc3 Lg7 6.Pf3 Pgf6 7.O-O O-O 8.Dc2 Te8 9.Td1 c6 10.b3 De7 11.La3 e4 12.Pg5 e3 13.f4 Pf8 14.b4 Lf5 15.Db3 h6 16.Pf3 Pg4 17.b5 g5 Joesoepov: 'Bij dit speeltempo worden de plannen in hoge mate door intuïtie bepaald, om meer tijd voor concrete zaken over te houden.' 18.bxc6 bxc6 19.Pe5 gxf4 20.Pxc6 Dg5 'Bij weinig bedenktijd is de aanval makkelijker te voeren dan de verdediging.' 21.Lxd6 Pg6 22.Pd5 Dh5 23.h4 Pxh4 'Nog een intuïtieve beslissing'. 24.gxh4 Dxh4 25.Pde7+ Na 25.Lxf4 zal Zwart remise moeten maken met Df2+ en Dh4+ enz., maar na 25.Pce7+ Kh8 26.Pxf5 Dh2+ 27.Kf1 Le5! houdt Zwart prachtige aanvalsmogelijkheden. 25...Kh8 26.Pxf5 Dh2+ 27.Kf1 Te6 Kenmerkend is dat Joesoepov deze zet al gezien had toen hij over 23...Pxh4 nadacht, maar dat hij pas nu de belangrijkste pointe ervan zag: een dame-offer. Dat komt na: 28.Db7

28...Tg6 29.Dxa8+ Kh7 De Amerikaanse grootmeester Seirawan heeft over deze stelling bekend dat hij in eerste instantie niet zag waarom Wit hier niet gewoon 30.Pce7 kon spelen. Maar dan komt dat dame-offer: 30...Dh1+ 31.Lxh1 Ph2+ 32.Ke1 Tg1 mat. Tegen deze dreiging kan Wit zich alleen verweren door zelf de dame te geven, maar helpen doet dat niet. 30.Dg8+ Kxg8 31.Pce7+ Kh7 32.Pxg6 fxg6 33.Pxg7 Materieel staat Wit nog voor, maar de zwarte stukken staan beslissend beter. 33...Pf2 Met de vernietigende dreiging Ph3. 34.Lxf4 Dxf4 35.Pe6 Dh2 36.Tdb1 Ph3 37.Tb7+ Kg8 38.Tb8+ Dxb8 39.Lxh3 Dg3 Schitterend hoe die dame steeds weer terugkeert. Wit gaf het op.
    Je kunt zeggen dat deze fantastische partij waardevoller zou zijn geweest als er langer over was nagedacht. Maar was hij dan ook gespeeld?

Naschrift 27 januari: het tempo waarin de FIDE het klassieke schaak vermoordt ligt zo hoog dat ik soms niet weet of de lopers nog schuin zullen gaan als mijn stukje in de krant komt.
    Op het FIDE-congres in Teheran (een land waar schakers uit een van de lid-landen, Israel, geen toegang hebben) werd tot de volgende tijdlimiet voor alle FIDE-evenementen besloten: per speler 40 zetten in 75 minuten, daarna de rest van de partij in 15 minuten, met voor alle zetten per speler een toevoeging van 30 seconden. Een van de gevolgen daarvan is dat alle oude schaakklokken vervangen zullen moeten worden door elektronische klokken.
    De tijdlimiet was: per speler 40 zetten in 120 minuten, daarna 20 zetten in 60 minuten, en de rest in 30 minuten.
    Een partij van 40 zetten kon maximaal 4 uur duren, en kan nu maximaal 3 uur en 10 minuten duren.
    Een partij van 60 zetten kon maximaal 6 uur duren, en kan nu maximaal 4 uur duren.
    Een partij van 100 zetten kon maximaal 7 uur duren, en kan nu maximaal 4 uur en 40 minuten duren.

De Nederlandse en Duitse schaakbonden hebben ondertussen protest aangetekend tegen de onreglementaire manier waarop de FIDE deze ingrijpende beslissing heeft doorgedreven.

© Tim Krabbé, 2001


Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site |