PROMOTIEMOTIVATIE

Een van de mooiste uitspraken in de Nederlandse schaakliteratuur werd gedaan door Johan Barendregt (1924-1982), in een interview met Max Pam: 'Mijn leven is bepaald door de zet e2-e1P.'
Wit geeft mat in 2
T.R. Dawson, 1923
Hij doelde daarmee op een ontdekking die hij had gedaan in een stelling die in 1937 aan de lezers van het blad De Schaakwereld ter oplossing was voorgelegd. (Zie diagram.)
    Het mat op zich was niet moeilijk, dat kon alleen 1.axb6+ Kxe3 2.De2 mat zijn, maar het ging om het bewijs dat alleen b7-b5 Zwarts laatste zet geweest kon zijn, en niet b6-b5 of Kc4-d3. Toen een paar weken later de oplossing werd gepubliceerd, bleek dat de 13-jarige Barendregt alle oplossers de baas was geweest, omdat hij had aangetoond dat het probleem van de grootheid Dawson incorrect was. Met een bewijspartij van 48 zetten liet hij zien dat ook e2-e1P Zwarts laatste zet geweest kon zijn, wat 1.axb6 illegaal maakte. En passant repareerde hij het probleem ook, door de pion van f5 naar e7 te verplaatsen - dàn moet Zwart zojuist b7-b5 gespeeld hebben.
    Dat bewijs laat ik hier voor wat het is - het gaat me om de verrukking die Barendregt moet hebben gevoeld toen hem, temidden van de partijen van Euwe, Aljechin en Keres, lof werd toegezwaaid, maar die hij vooral moet hebben gevoeld bij de ontdekking van e2-e1P zèlf. Dat geluksgevoel bond hem voor de rest van zijn leven aan het schaken - hij was jarenlang een van de sterkste Nederlanders, werd Internationaal Meester toen dat nog iets betekende, en won partijen tegen Botwinnik en Portisch.

Mat in 3
E. Zepler, 1930
De ontdekking dat je soms geen dame moet halen maar een paard, brengt bij iedere beginnende schaker een gevoel van geluk teweeg. Natuurlijk, een paard is anders, en dus soms sterker, maar er zijn ook andere motivaties mogelijk. (Zie diagram.)
    Met Zwart aan zet was het makkelijk: 1...Kxe3 2.Pe4 Kd4 3.Pc2 mat; 1...Kxg3 2.Db2 Kh3 3.Dg2 mat; 1...Kg1 2.Pg4 Kxh1 3.Df1 mat; 1...Ke1 2.Pe4 Kd1 3.Df1 mat. Maar al Wits eerste zetten bederven iets, bijvoorbeeld 1.h8L? Kxe3! 2.Pe4 pat en 1.h8T? Kxg3! 2.Db2 pat. Daarom werkt alleen 1.h8P!, een zet die als enig doel heeft doelloos te zijn; het thema heet aimless promotion. (Ook een ander thema wordt hier getoond; de stervlucht van de zwarte koning.)

Mat in 4
G. Bouma, 1993
Dat je soms een toren of loper moet halen om pat door de dame te vermijden weet iedereen; dat het ook andersom kan zijn niet. (Zie diagram.)
    Zwart moet gedwongen worden tot Kxc8, dan volgt Le6 mat. Maar terwijl Zwart zijn zetten met pion g6 opmaakt, moet Wit ook iets doen - en al zijn stukken moeten blijven waar ze zijn om Zwart vast te houden, behalve pion a7. Maar op 1.a8P of a8L volgt g5, en Wit heeft niets meer. Na 1.a8T g5 wel, maar na het onvermijdelijke 3.Ta8 staat Zwart pat. Daarom: 1.a8D! g5 2.Db8 g4 3.Da7 Kxc8 4.Le6 mat. Heel geestig: promotie tot dame om pat te vermijden - de omgekeerde wereld.

© Tim Krabbé, 2001


Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site |