VRAAG EN ANTWOORD 31-60

Vorige V&A (1-30)
Volgende V&A (61-90)
Meest recente V&A (151- )


60. hylke d. te hotmail.com, 31 mei 1999

V: Is de relatie tussen Axel en Egon te vergelijken met de relatie tussen Oswald en Dorbecke uit 'De donkere kamer van Damokles' van W.F. Hermans?

A: Oswald en Dorbecke?
    Nooit aan gedacht, maar inderdaad: als je wilt kun je misschien vage overeenkomsten zien. Maar je kunt alles vergelijken. Ik heb eens een spel bedacht waarbij twee spelers ieder een woord moesten opschrijven, en dan vervolgens om beurten een verschil en een overeenkomst moesten noemen. Geen goed spel, er kwam nooit een eind aan.


59. Filip H. te village.uunet.be, 30 mei 1999

V: Zou U mij nog andere boeken kunnen aanwijzen die u niet geschreven hebt, maar waar U wel een goed voorbeeld aan hebt gehad?

A: Een voorbeeld: nooit. Maar de vroege Hermans (tot en met 'Nooit meer slapen') bewonder ik zeer. Als ik ben beïnvloed, dan misschien wel een beetje door hem (maar niet door hem alleen.)
    Overigens, bij het herlezen van een paar Hermans-romans de laatste tijd, kwam ik in De donkere kamer van Damokles het zinnetje 'Nooit meer slapen.' tegen, en in De tranen der acacia's de uitdrukking: 'de schaar van Damocles.'


58. Jan-Jaap G. te vanderstoel.nl, 24 mei 1999

V: Ik heb op het internet gelezen dat u voorlopig geen interviews en lezingen meer geeft, is dit omdat u het te druk heeft met het schrijven van een nieuw boek?

A: Wat de interviews betreft: het is onder andere omdat er, in het Internet-tijdperk, minder reden is om je inzichten door anderen te laten formuleren. Ik doe het zelf en kan ze onmiddellijk publiceren. Ik loop natuurlijk de publiciteit van de interviews mis, en daarmee misschien wat verkoop, maar dat zullen we eerst maar eens aanzien.


57. Rick G. te hotmail.com, 17 mei 1999

V: Een van de mooiste zinnen in het verhaal "Twee pelgrims" vind ik: "Hij was ongeschikt voor menselijke consumptie." Het is voor mij duidelijk dat Stern dit vindt van zichzelf. Dit is in "De Matador". In "De Paardentekenaar staat:"'Jij bent ongeschikt voor menselijke consumptie,' had ze een keer gezegd." In deze versie zegt Marcelle dit tegen Stern.
    Als lezer vind ik de "De Matador" versie de juiste. Stern weet van zichzelf, dat-ie niet geschikt is voor een duurzame relatie; Marcelle weet dat niet, ze probeert te begrijpen hoe Stern in elkaar zit, begrijpt hem niet en gaat dan met Basje in zee.
    Ik ben heel erg benieuwd naar de mening van de schrijver zelf; waarom heb je deze zin veranderd?

A: Misschien om Marcelle wat meer tekst te geven, en om met die formulering te onderstrepen dat zij de moeite waard is, en Stern dus stom. Ze hebben allebei reden om op die gedachte te komen, en de schrijver kan voor ieder van hen zijn reden hebben om het ze op die manier te laten uitdrukken. Ik ben het niet met je eens dat Marcelle het 'niet weet'—ook zij weet wel degelijk (al zou ze anders willen) dat Stern 'ongeschikt is voor menselijke consumptie.'


56. Ans V., Els  v. B. en An G. te hotmail.com, 13 mei 1999

V: Wat heeft u ertoe aangezet om schrijver te worden? Was dit al een droom in uw kinderjaren?

A: Ik wist het ineens, toen ik 14 was. Zoals je ineens kunt weten dat je op iemand verliefd bent. Of dat je wilt schaken. Ik citeer uit mijn verhaal 'Meester Jacobson': Het moment was er nog waarop hij twee jongens had zien schaken en er een explosie van zekerheid was geweest dat hij dat ook wilde, altijd, wat het ook zou blijken te zijn. Zo gaat het vaak met liefdes op het eerste gezicht. Je weet dat je iets wilt, vóór je weet wat het eigenlijk is.


55. Wim te wxs.nl, 1 mei 1999

V: U schijnt ook een aantal boeken te hebben vertaald. Welke zijn dat? En bent u tevreden over deze vertalingen?

A: Een paar thrillers, toen ik heel jong was, en 'De Keet' van de in Nederland wonende Australische schrijver Rowan Hewison, in 1979. Een buitengewoon goed boek waarvan soms nog zinnetjes bij me opkomen, maar dat het helaas niet gedaan heeft. Het is een zachte dood gestorven bij De Slegte.


54. Rick G. te hotmail.com, 30 april 1999

V: Ik vraag me weleens af waarom je de zeehonden die Peltz natspatten in "De Matador", hebt vervangen door dolfijnen in "De Paardentekenaar en andere verhalen".

A: Dat is nu het soort vraag waar een schrijver iets aan heeft. Waarschijnlijk omdat ik later dacht dat zeehonden niet zo wild rondzwemmen.

V: Geinspireerd door "De Renner" heb ik afgelopen zomer de Ventoux beklommen, uiteraard vanaf Bedoin. In m'n rugzak had ik "De Renner" bij me (geen vijgen).

A: De schrijver kan zich geen fraaier compliment wensen. Al is het zo dat je bij de beklimming van de Ventoux beter 'De Renner' in je rugzak kan hebben dan 'De ontdekking van de hemel.'

V: Is de figuur Werner in "De stad in het midden", geinspireerd door Hans Böhm?

A: Dat is nou weer het soort vraag waar de schrijver wat minder op zit te wachten.
Maar vanwege die dolfijnen... Böhm was tegelijk met mij op IJsland, en die Werner heeft wel wat van hem weg. Böhm heeft trouwens ook wel eens over dat verblijf op IJsland geschreven; een stuk dat begint met een van mijn favoriete beginzinnen uit de Nederlandse literatuur: 'Ik was tweeëntwintig en het was mooi weer.'

V: Ik woon in Ierland en heb mijn familie gevraagd om de media in de gaten te houden, wanneer er een nieuwe roman van je uitkomt.

A: Dat zal niet voor eind 2000 zijn. In het voorjaar komt in Amerika bij Farrar, Straus & Giroux de vertaling van De Grot uit, en ook in het voorjaar zal Dominique Deruddere de eerste opnamen maken voor de verfilming van dat boek.


53. Frédérique S. te duifje.demon.nl, 17 april 1999

V: Ik ben op zoek naar een objectieve mening over mijn gedichten en dan van een vakman.

A: Dat over die afhaalchinees vond ik wel grappig. Ga door.
    Vakman? Als je bedoelt: iemand die veel poëzie gelezen heeft; dat heb ik niet.


52. Rogier van D. te dutcw09.ct.tudelft.nl, 15 april 1999

V: Hoe zou het podium eruit zien als u de 3 medailles mocht uitdelen aan Uw eigen boeken?

A: Iedere moeder zal weigeren een podium samen te stellen met haar leukste kinderen. Ze zal misschien voor zichzelf wel een rangorde hebben, maar die zal ze nooit aan anderen vertellen.


51. Rens S. te casema.net, 14 april 1999

V: Ik heb van u het boek 'de renner' gelezen wat ik geweldig vind. De reden waarom ik deze e-mail schrijf is omdat we op school een boekverslag moeten schrijven. Je moest ook vertellen waar het boek nou eigenlijk over gaat. Ik heb gezegd dat dat 'afzien' is. Bent u het daar met mij mee eens of zit ik er naast?

A: Beste Rens, je schreef me een buitengewoon leuke mail. Ik heb je daar al persoonlijk op geantwoord, maar hier in het openbaar: als je zoals jij zo'n brief kan schrijven, laat je dan nòg minder dan anderen lastig vallen met vragen zoals waar een boek 'nou eigenlijk' over gaat. Iemand als jij snapt dat toch zelf, en moet zich niet in de war laten brengen: De Renner gaat eigenlijk over een man die zijn hele leven heeft willen wielrennen, die nu wielrent, en die de wedstrijd wil winnen.

V: Toen de wedstrijd was afgelopen was er een man die u vertelde dat u te vroeg was begonnen met de sprint en als u hem later was aangegaan dat u dan de wedstrijd had gewonnen. U vertelt niet of die man nou eigelijk gelijk had. Heeft u er later nog over nagedacht of die man het juist had?

A: Hij zou wel eens gelijk kunnen hebben gehad. Maar die Reilhan was een rappe, dus... Overigens is die man voor mij Joris van den Bergh, de schrijver van het beroemde 'Temidden der Kampioenen' over de sprinter Moeskops. In eerdere versies beschreef ik ook even het uiterlijk van Van den Bergh (benig gezicht, dun grijs haar achterovergekamd) en ik heb er een beetje spijt van dat ik dat eruit heb gehaald.

V: Waarom heeft u van al die wedstrijden die ene wedstrijd opgeschreven?

A: Hij leek me op veel manieren geschikt voor het boek. Lang, zwaar, mooie landschappen, heldendom. Een Nederlands criterium zou me minder hebben geïnspireerd. Let wel, ik heb die wedstrijd als uitgangspunt gebruikt. Van niets in het boek is er reden om aan te nemen dat het zich in werkelijkheid precies zo heeft afgespeeld als ik het beschreven heb.


50. V. de J. te knoware.nl, 11 april 1999

V: Ik ben op zoek naar recensies over het boek De Renner van Tim Krabbe. Weet U waar ik dit kan vinden?

A: Iedere Openbare Bibliotheek hoort mapjes met recensies over alle Nederlandse romans te hebben.


49. Ed H. te worldonline.nl, 5 april 1999

V: Is het wellicht zo dat Uw waardering voor werken als "Onze Hoogmoed" van Boudewijn van Houten en "De Vervalsers" van Theo Kars voortkomt uit Uw persoonlijke fascinatie voor "misdaad'' en bent U mischien (excuses voor deze onaardige veronderstelling) een klein beetje jaloers op beide hogergenoemde auteurs, omdat U slechts over misdaad heeft geschreven?

A: Nee. De genoemde boeken zijn boeiend en goed, dat is alles. Vooral 'Onze Hoogmoed' is goed; dat hoort zeker bij de honderd beste Nederlandse romans van de eeuw.


48. W. en A. te excite.com, 16 maart 1999

V: Hoe bent u aan uw verhaal gekomen voor "Het Gouden Ei"?

A: Als een blinde kok. Wat ingrediënten bijeen gegraaid, gekeken of ze te combineren waren, gevonden dat dat zo was.


47. Laura de M. te hotmail.com, 9 maart 1999

V: Ik ben op zoek naar bruikbare informatie over het boek "de grot"

A: Lees De Grot. Alles wat de moeite waard is om over dat boek te weten staat er in.


46. David H. te tref.nl, 7 maart 1999

V: Wat is misdaadliteratuur?

A: Geen flauw idee.


45. Victor R. te direct.a2000.nl, 7 maart 1999

V: Komt er in de boeken Het gouden ei De renner De vertraging duidelijk het onderwerp verraad in voor? Is er een verband tussen deze drie boeken als het om het onderwerp verraad gaat?

A: Nooit bij me opgekomen. Het lijkt me vergezocht. Maar in mijn tweede roman, 'Flanagan of het einde van een beest' (1970) speelt verraad een belangrijke rol.
    Maar dit is typisch het soort inzicht dat de schrijver zelf niet heeft, en waar hij ook niets aan heeft. Een goede schrijver denkt niet: ik ga eens een boek schrijven over verraad, maar: ik ga eens een boek schrijven over een man die op een dag...
    Bovendien is dit soort inzicht moedwillig. Als je eenmaal bedacht hebt dat verraad een thema is van een schrijver, dan kan je altijd wel wat vinden. Je bekijkt een boek dan door een gekleurde bril. Niet doen. Geniet van het verhaal. Zie desnoods thema's, maar denk niet dat die dan geldig moeten zijn voor alles wat een schrijver geschreven heeft.


44. Teun K. te wxs.nl, 5 maart 1999

V: Bij het weer eens bekijken van de homepage van Tim Krabbe, viel me op dat Tim Krabbe expliciet vraagt om met "U" aangesproken te worden. Wij schakers zijn toch gewoon elkaar te tutoyeren! Ik heb altijd de gedachte gekoesterd, mede naar aanleiding van de boeken van Tim Krabbe, dat Tim Krabbe een normaal iemand was waarvan, buiten de normale schaak-omgangsvormen, een normale internetomgangsvorm verwacht kon worden. Kortom, U valt me vies tegen!

A: De 'normale internetomgangsvorm' bestaat uit, krijg je wel eens de indruk als je sommige nieuwsgroepen en homepages bekijkt, lompheid en minachting voor taal. Me daaraan aanpassen... ik hoef toch ook niet luidkeels aandelen te bestellen bij de slager omdat ik een mobiele telefoon heb?
    Het is overigens niet waar dat 'wij schakers' gewoon zijn elkaar te tutoyeren, net zomin als wij wielrenners of wij schrijvers dat zijn. Maar misschien kent u andere wij schakers dan ik. En het is niet zo dat ik te verheven ben om te worden aangesproken met je. Het is eerder andersom, als in een anekdote over Roland Holst. Toen iemand hem vroeg of hij hem mocht tutoyeren zei hij: 'Maar natuurlijk, als ik het maar niet hoef te doen.'


43. Johan B. te pandora.be, 28 februari 1999

V: Wat mij enorm fascineerde was het gouden ei in de ruimte. Hebt u dit zelf gedroomd, waarom juist een GOUDEN ei. Bent u zelf bang van de eenzaamheid en/of alleen door het leven gaan.

A: Ik heb het zelf gedroomd, toen ik een jaar of zes was. Er zat nog een steeltje aan dat gouden ei, als het handvat van een paraplu, ook van goud.
    Je zou inderdaad zeggen dat die droom met eenzaamheid of de angst daarvoor te maken moet hebben, maar dat is een redenering de verkeerde kant op. De vraag moet niet zijn: welke banale inhoud zit er achter een bijzonder beeld, maar: in welk bijzonder beeld is deze banale inhoud gegoten.

V: Waarom hebt u Lieneke in het verhaal gebracht.

A: Je denkt: hoe zou het Rex verder gaan, misschien heeft hij wel een nieuwe vriendin. Je stopt haar in het verhaal, en voor je het weet komt ze goed van pas.


42. Renier S. en Sander R. te wxs.nl, 27 februari 1999

V: We moeten een presentatie houden over een auteur van Nederlandse bodem en je raadt het al we hebben jou hiervoor gekozen. We hebben de volgende drie boeken gelezen: Het Gouden Ei; De Renner; Vertraging. Nou is onze vraag aan jou of je misschien een ideetje voor ons hebt met betrekking tot onze presentatie?

A: Begraaf een Australische wielrenner.


41. Renzo V. te hotmail.com, 22 februari 1999

V: Bij 'vraag en antwoord' schrijf je sinds kort dat je je wenkbrauwen fronst als onbekende je met 'je' aanspreken. Wel, ik fronste mijn wenkbrauwen toen ik dat las.

A: Baas over eigen wenkbrauwen.


40. Rutger Jan L. te wxs.nl, 18 februari 1999

V: Ik zou graag willen weten hoe u op het idee kwam deze hoofdstukkenindeling te gebruiken in het boek 'Het Gouden Ei' en wat de puzelachtige voorkant op een van de boeken betekent.

A: Men bedenkt geen hoofdstukkenindeling, men bedenkt een verhaal. Het verhaal dwingt daarna al het andere af.
    Met die 'puzzelachtige' voorkant bedoel je waarschijnlijk de cover van de eerste vier drukken. De 'puzzel' is een prachtige tekening van Siet Zuyderland die er destijds, in 1984, niet erg over te spreken was dat die tekening zo klein werd gebruikt. Ik kan me dat goed voorstellen, maar ik vond en vind het toch een mooi omslag. Misschien zie je in de vergroting beter wat de bedoeling was: het is een plattegrond van het benzinestation.


39. Wilco van W. te consunet.nl, 18 februari 1999

V: Waarom eindigt u 'Vertraging' met een hoofdstuk dat speelt in de verleden tijd?

A: Het leek mij het juiste einde. Daarna gemerkt dat dat in het verleden speelde.

V: Zou u kunnen vertellen wat u met de laatste regels van het boek bedoelt?

A: Als de laatste regels niet uit zichzelf duidelijk zijn, en er niet voor zorgen dat het geheel als één fraai en kloppend geheel voor je staat, dan heb ik gefaald.


38. Tony L. te xs4all.nl, 17 februari 1999

V: Zijn u gevallen bekend van gedrogeerde schakers?

A: Nee.

V: Denkt u dat je van creatine beter gaat schaken?

A: Nooit van creatine gehoord.
    Overigens ziet het er naar uit dat schaken een Olympische sport wordt. Te laat, helaas: wat had ik Donner graag als vlaggendrager voor Nederland het stadion zien binnenmarcheren. Maar schakers zullen nu misschien verantwoording moeten afleggen over de koffie die ze drinken. Ik stel ze me voor: Kortschnoi, maar ook de groten van vroeger: Euwe, Steinitz, Capablanca, Lasker, die onder toezicht in een potje moeten plassen. Dat kan toch niet?—maar dan betrap ik mezelf erop dat dat niet kan omdat het heren zijn. Zijn wielrenners dan geen heren? Heb ik een notie in mijzelf onthuld dat wielrenners niet met het respect hoeven te worden behandeld waarmee men heren behandelt? Of heb ik die notie in anderen onthuld?


37. Ruud D. te phys.uva.nl, 16 februari 1999

V: Ik meen ergens in 43 wielerverhalen (of een ander boek van u) gelezen te hebben dat een periode van literair wielrennerschap (ik weet de exacte uitdrukking niet meer) de basis is geweest voor het schitterende verhaal van 'de renner'.

A: De Renner, blz. 33: Toen ik mij in 1973 voor een eerste periode van cyclo-literair kluizenaarschap teruk trok in Anduze dacht ik dat ik tijdens het fietsen gedachten en ideeën zou krijgen die ik in de overige tijd zou schrijven.

V: Bent u toen primair naar Frankrijk gegaan om daar te wielrennen, of was dit een spontane opwelling?

A: Ik ging om te schrijven, maar ik moet vantevoren hebben geweten: ik ga me daar tot over m'n oren laten inpakken door dat wielrennen.


36. dewi te yahoo.com, 11 februari 1999

V: jij bent toch schrijver?????
ja ik weet er eigenlijk niet zoveel van maar ik zoek dit op voor mijn vriendin
dus wil je wel snel terug e-mailen???


35. Peter K. te euronet.nl, 9 februari 1999

V: Er viel me één vraag-en-antwoord speciaal op:
>V: Wanneer schrijf je weer eens een wielerboek?
>A: Nooit meer. Je moet een Grote Liefde maar één keer vereeuwigen.
Eén keer? Als ik "43 wielerverhalen" en "De renner" bij elkaar optel kom ik al aan twee keer, en eigenlijk zelfs vierenveertig keer!

A: Ik heb nog wel meer over wielrennen geschreven. Het is waar, het was een beetje onzin wat ik daar schreef. Toch laat ik het staan; ik ben blij dat '43 Wielerverhalen' er is—maar het zou ook mooi zijn geweest als 'De Renner' mijn enige wielerboek was.


34. Eveline O. te compuserve.com, 4 februari 1999

V: Vertraging speelt zich af in Australië. Bent u daar zelf wel eens geweest? Zo ja, heeft u die ervaring gebruikt om het boek te schrijven? Hoe komt u op het idee om een boek daar af te laten spelen?

A: Ja, ik ben in Australië geweest, en uiteraard heb ik mijn ervaringen daar gebruikt toen ik mijn boek schreef. Overigens is het niet nodig om ergens geweest te zijn om het in een verhaal te kunnen gebruiken; over verhalen die op plekken speelden waar ik nooit ben geweest heb ik weleens te horen gekregen dat ik de sfeer zo goed had getroffen.
    Maak overigens niet de vergissing dat je in mijn boek Australië tegenkomt. Je leest over mijn Australië, zoals ik dat nodig had voor mijn verhaal. De werkelijkheid is niet meer dan een bron voor een schrijver. Het gaat erom of hij iets overtuigend, geloofwaardig neerzet, niet of het ook klopt met de werkelijkheid. (Een mooi citaat van Nabokov (over 'Lolita'): 'It had taken me some forty years to invent Russia and Western Europe, and now I was faced by the task of inventing America.')
    En je laatste vraag: ik had een idee voor een verhaal, en bedacht toen dat ik mijn Australië-ervaringen daarvoor zou kunnen gebruiken. Zo gaat het meestal, maar ik ben ook wel eens voor een verhaal ergens naartoe geweest om, met een citaat uit Vertraging, even in de werkelijkheid te spieken. Toen ik met De Grot bezig was ben ik nog eens in La Roche gaan kijken en heb ik een grot daar in de buurt bezocht.


33. Lieke H. te otv.nl, 30 januari 1999

V: Heeft u met Het Gouden Ei iets duidelijk willen maken? Zo ja wat? (Volgens
mijn leraar Nederlands willen alle "goede" schrijvers dit.)

A: Je leraar Nederlands zit er naast. Wat goede schrijvers willen, dat is een goed verhaal schrijven. Er kunnen betekenissen en diepere bedoelingen in sluipen, maar bij goede schrijvers gaat dat nou juist per ongeluk. Zie mijn antwoord op veel vragen hieronder.

V: Hoe vindt u het dat allemaal mensen conclusies over uw boeken gaan schrijven/vertellen en er dan misschien helemaal naast zitten?

A: Dat vind ik enig, als ze maar niet gaan geloven dat hun conclusie de waarheid is over mijn boek.


32. Benny de L. te pmail.net, 12 januari 1999

V: Waarom gebruikt u in Vertraging meerdere malen het woord neuken en omschrijft u ook de gevoelens van de persoon? Het heeft verder weinig met het verhaal te maken, alleen dat Jacques Moniek na een lange tijd weer ziet.

A: O.


31. John L. te euronet.nl, 8 januari 1999

V: U bent een liefhebber van het werk van W.F. Hermans. Ik meen me te herinneren dat U echter “Een heilige van de horlogerie” niet kon waarderen. Ik vind het een geweldig boek. Ik vroeg me af of U het boek nog eens hebt herlezen en uw oordeel hebt herzien?

A: Ik heb het (nog) niet herlezen. Ik vond het te geforceerd-thematisch, te weinig een echt verhaal. Maar natuurlijk is ook de slechtste Hermans interessanter dan vrijwel al het andere in de Nederlandse literatuur.


© Tim Krabbé 1999

Bovenkant pagina
Vorige V&A (1-30) | Volgende V&A (61-90) | Meest recente V&A (151- )
Voorpagina |