DE Lxg6 FLUISTERAAREen tijdje geleden schreef ik voor de website The Chess Cafe
een stuk over een bepaald soort promotiecombinatie. Een erg mooi en ook bekend voorbeeld werd uitgevoerd in het diagram links: 1.Lxg6! hxg6 2.Te7+! Txe7 3.dxe7+ Kxe7 4.Td8! en Zwart gaf het op; hij is gedwongen de achterste rij te blokkeren, waarna Wit dame haalt.
Wit aan zet
Beyen - Filip
Luxemburg 1971
Maar de identiteit van de witspeler was lang onduidelijk. Soms was hij 'Bouzi', en meestal Boey, jarenlang een van de sterkste Belgische spelers. Vreemd was verder dat de complete partij met die combinatie, of zelfs een toernooi 'Luxemburg 1971' niet in de grootste databases te vinden was.
Tot ik de partij ineens tegenkwam in een oud nummer van het legendarische Schaakbulletin. Het bleek te gaan om een inderdaad obscure (en overbodige) voorronde voor het Europees Kampioenschap, tussen België, Luxemburg, en Tsjechoslowakije. De krachtsverschillen waren enorm: België won met 14-2 van Luxemburg, maar verloor met dezelfde cijfers van Tsjechoslowakije. Eén Belg won echter van een Tsjech; de titelloze Beyen (en niet Boey) die met Wit de tweevoudig wereldkampioenskandidaat Filip op een verschrikkelijke manier wegvaagde.
Beyen - Filip, Luxemburg 1971
1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pc3 Lb4 4.f3 c5 5.d5 d6 6.e4 Lxc3+ 7.bxc3 e5 8.Ld3 Pbd7 9.Pe2 Pf8 10.O-O Ph5 11.f4 Pxf4 12.Pxf4 exf4 13.Lxf4 Pg6 14.Dh5 De7 15.e5 Pxf4 16.Txf4 g6 17.Dh6 dxe5 18.Te1 f5 19.d6 Df6 20.g4 Kd8 21.Tff1 f4 22.g5 Df8 23.Txe5 Dxh6 24.gxh6 Kd7 25.Td5 Tf8 26.Te1 Tf7 27.Lc2 b5 (zie diagram boven) 28.Lxg6 hxg6 29.Te7+ Txe7 30.dxe7+ Kxe7 31.Td8 en Zwart gaf het op.
Het moet verschrikkelijk zijn, dacht ik, om één keer in je leven een briljante partij te hebben gespeeld en die dan over de wereld te zien gaan onder de naam van een rivaal; Boey was een veel sterkere en ook bekendere Belgische speler. Hij had trouwens in diezelfde wedstrijd meegespeeld, aan het eerste bord.
Die partij vormde wel een kleine smet op Wits mooie combinatie; hij had al een zet eerder Lxg6 kunnen spelen. Dat 27.Lc2 is haast alsof die loper een aanloopje neemt, en inderdaad staat Zwart zo slecht dat hij de klap nauwelijks kan verhinderen. Voor de grap veronderstelde ik dat Beyen het loperoffer helemaal niet had gezien, en dat het misschien Boey was geweest die hem die briljante zet had ingefluisterd.
Ik kreeg drie zeer interessante reacties op dat verhaal.
Allereerst meldde Jan Timman mij dat 27.Lc2 een geniale wachtzet zou kunnen zijn. Want als Wit op dat moment al Lxg6 speelt volgt er: hxg6 28.Te7+ Txe7 29.dxe7+ Kxe7 30.Td8 Kxd8 31.h7 Ld7 32.h8D+ Le8 en Zwart heeft een onneembare vesting. Pas de wanhoopszet b5 maakt het loperoffer winnend; dan heeft Wit aan het slot van de combinatie cxb5.
Timman dacht overigens niet dat echt zo was gegaan, en dat werd me bevestigd door de reactie van een Belgische schaker, Deleyn. Die had ooit van weer een andere Belgische schaker, Marc Bonne, die in die bewuste wedstrijd óók voor België had gespeeld, gehoord dat Beyen Lxg6 inderdaad niet had gezien, en dat hem die zet na 27.Lc2 wel degelijk was ingefluisterd - niet door Boey, maar door de bekende meester Dunkelblum die toen óók voor België meespeelde.
Een derde reactie wees mij erop dat de naam van Beyen toch ook op een meer verdiende wijze in het schaken voortleeft: in het Spaans bestaat er een Beyen Variant. Na enig speurwerk vond ik de oerpartij daarvan:
Erdeljan - Beyen, correspondentie 1966
1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 Lc5 4.c3 Pf6 5.d4 exd4 6.e5 Pe4 7.O-O d5 8.exd6 O-O 9.dxc7 Dxc7 10.cxd4 (zie diagram) Vóór deze partij was hier Lb6 gespeeld, maar Beyen ontdekte dat het volgende stukoffer zeer sterk is. 10...Pxd4! Er volgde: 11.Pxd4 Db6 12.Ld3 Pxf2 13.Txf2 Lxd4 14.Dc2 Td8 Hoe Wit zich in het vervolg ook wendt of keert - hij komt niet los. 15.Lf1 Td5 16.Pc3 Tf5 17.Pd1 Ld7 18.Ld3 Te8 19.Kf1 Tfe5 20.Ld2 Dh6 21.Dc4 Dd6 22.Tf4 Td5 23.a4 Tc8 24.Db3 Le6 25.Le4 Th5 26.Dg3 Le5 27.Le3 Tc4 28.Pc3 g5 29.Td1 Dc7 30.Df3 Lxf4 31.Dxh5 Lxe3 32.Dxh7+ Kf8 33.Dh8+ Ke7 34.g3 Lb6 35.Te1 Td4 36.Ld5 Dc5 37.De5 Tf4+ 38.Kg2 Df2+ 39.Kh1 Tf5 40.De4 g4 en Wit gaf het op.
Een geringer onsterfelijkheidje dan Lxg6 - maar het is er een.
© Tim Krabbé, 2000
Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site |