Als het goed is (maar er is weinig goed in de schaakwereld tegenwoordig) begint vandaag in Brissago in Zwitserland een match tussen Kramnik en Leko die tegelijkertijd om het wereldkampioenschap gaat, en een halve finale is om dat kampioenschap.
Zoals iedereen die in zijn omgeving bekend staat als schaker moet ik af en toe de vraag beantwoorden: 'Wie is er nou eigenlijk wereldkampioen?' Die vraag stellen is hem niet beantwoorden - hij wordt gesteld omdat er geen antwoord is. We mompelen dan maar iets als: 'Kasparov staat al jaren eerste op de ranglijst,' maar hij is nu juist een van de weinige topspelers die niet beweert wereldkampioen te zijn.
Die match Kramnik - Leko hoort nog bij het Praagse accoord van 2002 dat een unificatie van alle FIDE- en niet-FIDE titels zou regelen. Hij had al een jaar geleden gespeeld moeten zijn (Leko kwalificeerde zich in 2002) maar de sponsor kreeg het niet voor elkaar en ook de andere match die bij het accoord hoorde, Kasparov - Ponomariov, ging niet door toen Ponomariov zijn hand overspeelde. Nu wordt het dus weer geprobeerd, maar het is de vraag of Kasparovs match tegen FIDE-wereldkampioen Kasimdzhanov van de grond kan komen. Die is no. 54 op de wereldranglijst; niet iemand van wie sponsors gehoord hebben. Voorlopig is die match gepland voor januari '05, en de grote reünificatie-finale voor de zomer.
Ook Kramnik voelt niet als een echte wereldkampioen, een koning in de traditie van Lasker en Capablanca, of zelfs maar van Euwe en Smyslov. Hij won in 2000 een match tegen Kasparov, maar hij was een gekozen tegenstander, en bovendien had hij in '98 een match om dat uitdagingsrecht verloren tegen Sjirov, die daarna echter Kasparovs aanbod verwierp. Jammer is verder dat Anand, de nummer 2 van de wereld, en algemeen erkend de sterkste speler van het laatste jaar, niet meedoet aan het gereünificeer - hij vond het voordeel van Kasparov, die meteen een halve finale mag spelen, onredelijk groot.
Maar goed dan: Kramnik - Leko om het wereldkampioenschap. Sponsor: de sigarenfabrikant Dannemann, die kennelijk alleen nog in een louche sport als schaken terecht kon. Prijzengeld: een millioen Zwitserse franken; 14 partijen; bij 7-7 blijft Kramnik 'kampioen'. De vrees voor een saaie match is groot. Beiden zijn bijna onverslaanbaar; in hun onderlinge partijen (rapidpartijen meegerekend) was het remisepercentage 77 % Kramnik staat 7-5 voor, maar in de serieuze partijen is het 3-1 voor Leko. Het duurde tot dit jaar voor Kramnik voor het eerst van hem won.
Leko - Kramnik, Linares 2004
1.e4 c5 2.Pf3 Pc6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 e5 6.Pdb5 d6 7.Lg5 a6 8.Pa3 b5
9.Lxf6 gxf6 10.Pd5 f5 11.Ld3 Le6 12.O-O Lxd5 13.exd5 Pe7 14.Dh5 e4 15.Le2 Lg7
16.c3 Tc8 17.Pc2 Tc5 18.Pe3 f4 19.Pf5 O-O 20.a4 Pxf5 21.Dxf5 De7 22.axb5 axb5
23.Dxf4 Txd5 24.Tfd1 Te5 25.De3 Met 25.Ta6 kon Wit een pion winnen, maar Leko
dacht dat de remisemarge dan te groot zou zijn. Hij besloot er met zijn dame
op af te gaan, in de hoop dat het met Kramniks aanvalskansen wel mee zou vallen.
25...f5 26.Db6 f4 27.Dxd6 27.Lxb5 f3 28.Lc4+ Kh8 29.Dxd6 wint twee pionnen, maar
dat vond Leko te link wegens 29...Dg5 30.g3 e3 27...Dg5 28.f3 e3 29.Ta7 Kh8
30.Dd7 Na 30.Ld3 zou Zwart 'een wonder nodig hebben om remise te maken,' vond
Leko later, maar Kramnik had niet het idee ooit slechter te hebben gestaan.
30...Tg8 31.Dh3 Beter 31.Kh1; nu staat Wit slecht. 31...Dg6 Met het oog op c2.
32.Tad7? Th5! 33.T7d6 Of 33.Dg4 Tg5 34.Dh3 Lxc3 33...Lf6 34.Txf6 (zie diagram)
34...Dc2! 35.Dxh5 Dxe2 36.g4 Df2+ en Wit gaf het op. De partij kreeg
de schoonheidsprijs.
© Tim Krabbé, 2004
|
Bovenkant pagina
Hoofdpagina schaken
Hoofdpagina algemene site