ONSTERFELIJKE WOESTHEID
 

Tegenover de finesse van de stille zet, waarover ik het de vorige keer had, staat het geweld van de woeste zet. De beroemdste serie woeste zetten komt voor in het 'Onsterfelijke schaakprobleem', zoals het nog steeds wordt genoemd.

Mat in 9
K. Bayer, 1856

1.Tb7 Dxb7 2.Lxg6+ Kxg6 3.Dg8+ Kxf5 4.Dg4+ Ke5 5.Dh5+ Tf5 6.f4+ Lxf4 7.Dxe2+ Lxe2 8.Te4+ dxe4 9.d4 mat.  Een wel zeer gewelddadige triomf van geest over materie: iedere zet na de eerste is schaak, de laatste is mat. Wit offert de dame, twee torens, loper en paard, om ten slotte met zijn laatst overgebleven stuk, een pionnetje, mat te geven.

Zulke krachttoeren zijn allang uit de mode, en ik wreef dan ook mijn ogen uit toen de Duitse componist Gerhard Josten mij deze stelling stuurde:

Mat in 13
G. Josten, 2000

1.Kc4 Een niet al te oorverdovende beginzet, maar dan vergaat de wereld: 1...cxd6 2.Pc3+ Pxc3 3.Dh1+ f3 4.Dxh4+ Tf4 5.Dhh7+ f5 6.Dxb7+ Dxb7 7.Dxb7+ d5+ 8.Dxd5+ Pcxd5 9.Pxd5 Pxd5 10.Te3+ Pdxe3+ 11.Dxe3+ Pxe3+ 12.Txe3+ dxe3 en nu het lawaai is verstorven: 13.d3 mat. Josten voegde een scheepslading varianten toe om de correctheid van zijn schepping te bewijzen, die mij geen andere keus laat dan hem op zijn woord te geloven.
    Wit offert hier vier dames, twee torens en twee paarden, een record. Voor Josten was dat een neven-effect; zijn bedoeling was het bereiken van 'een beetje onsterfelijkheid door het aantal zetten van Bayers probleem te overtreffen. Als ik daarmee ook een maximum aan geofferde kracht heb verwezenlijkt, dan zou mij dat plezier doen.'

Dat werpt de vraag op naar het offer-record in een partij. Het volgende spektakel, dat nog niet de roem heeft geoogst die het verdient, is het antwoord.

Serper - Nikolaidis, Petersburg 1993
1.c4 g6 2.e4 Lg7 3.d4 d6 4.Pc3 Pf6 5.Pge2 Pbd7 6.Pg3 c6 7.Le2 a6 8.Le3 h5 9.f3 b5 10.c5 dxc5 11.dxc5 Dc7 12.O-O h4 13.Ph1 Ph5 14.Dd2 e5 15.Pf2 Pf8 16.a4 b4 17.Pd5 Het eerste offer, en het begin van een avontuur dat 30 zetten zal duren. 17...cxd5 18.exd5 f5 19.d6 Dc6 20.Lb5 Het tweede offer. 20...axb5 21.axb5 Dxb5 22.Txa8 Dc6 23.Tfa1 f4 24.T1a7 Pd7 Na 24...fxe3 maakt het dame-offer Dd5! er meteen een eind aan. 25.Txc8+ Enzovoort. 25...Dxc8 26.Dd5 fxe3 27.De6+ Kf8 28.Txd7 exf2+ 29.Kf1 Nu lijkt Zwart zich met 29...Da6+ 30.Kxf2 De2+ 31.Kxe2 Pf4+ 32.Kf1 Pxe6 te kunnen redden, maar na 33.c6 kan Zwart, ondanks zijn twee stukken extra, niets tegen de witte pionnen beginnen. Een goede verdediging lijkt echter ook: 29...De8 (zie diagram) Wat nu? Een offer natuurlijk. 30.Tf7+ Dxf7 31.Dc8+ De8 32.d7 Kf7 33.dxe8D+ Txe8 34.Db7+ Te7 35.c6 Ook het laatste stuk wordt geofferd, al is het duidelijk dat Zwart dat niet aan kan nemen. 35...e4 36.c7 e3 37.Dd5+ Kf6 38.Dd6+ Kf7 39.Dd5+ Kf6 40.Dd6+ Kf7 41.Dxe7+ Nu heeft Wit dan toch, actief dan wel passief, al zijn stukken geofferd; dame, twee torens, twee lopers en twee paarden. 41...Kxe7 42.c8D Lh6 43.Dc5+ Ke8 44.Db5+ Kd8 45.Db6+ Kd7 46.Dxg6 e2+ 47.Kxf2 Wit moet nog even wat paardvorkjes ontwijken. 47...Le3+ 48.Ke1 en Zwart gaf het op. De onsterfelijke offerpartij.

© Tim Krabbé, 2002


Index AD Magazine schaakrubrieken
Bovenkant pagina | Hoofdpagina schaken | Hoofdpagina algemene site