Er kwamen op het toernooi voor mijn 60ste verjaardag 126 studies binnen, van 81
componisten uit 29 landen. De gemiddelde kwaliteit was hoog: in zeker driekwart
werd op z'n minst iets vertoond dat fris, geestig of diep was - en veel studies
waren ronduit schitterend.
Af en toe, bij het achter elkaar naspelen van al die
uiteenlopende verzinsels voelde ik me een impresario van een variététheater,
voor wie steeds weer nieuwe hoopvolle vuurvreters, tapdansers, moppentappers,
messenwerpers, voordrachtskunstenaars, menselijke torens en éénwielerfietsers
hun kunsten kwamen vertonen, in de hoop in de show mee te mogen doen. Ik was
vaak ontroerd door de verbazende nummers die ze hadden verzonnen, het geloof
dat ze er in hadden, het eindeloze oefenen dat nodig was geweest - maar vooral
genoot ik gewoon van wat ik allemaal te zien kreeg. De fantasie van de
studiecomponisten is onuitputtelijk, en het schaakspel is onuitputtelijk.
Mijn dank aan de inzenders is groot.
En ook aan toernooidirecteur René Olthof en mede-jurylid
Harold van der Heijden. Beiden ken ik al zo'n twintig jaar als verwante zielen;
liefhebbers van het ongewone, en vooral van het mooie in het schaken. Pas toen
ik de originele manuscripten te zien kreeg, met soms in slordig cyrillisch of
in eigen notatiesystemen weergegeven oplossingen, de ene keer zonder varianten,
de andere keer met een wanhopige overvloed daarvan, begreep ik wat een kolossale
arbeid René heeft verzet - alleen al om alle studies uniform en anoniem aan
Harold en mij te kunnen presenteren.
Harold, met zijn ongeëvenaarde kennis, zijn fameuze
database en zijn adelaarsoog als analyticus, behoedde ons hopelijk voor het
bekronen van niet geheel nieuwe of correcte studies, maar zijn artistiek gevoel
speelde bij de jurering een grotere rol.
Dat de eindspelstudie een vorm van kunst is, en dus een
kwestie van smaak, werd enigszins onthutsend geïllustreerd door de mate
waarin onze oordelen in het begin uiteenliepen - toen we ieder een eerste
top-9 maakten, bleken die geen enkele studie gemeen te hebben. Het was leuk
en leerzaam om daarna in lange mails verdiensten en tekortkomingen van allerlei
studies aan elkaar uit te leggen. Harolds uitgangspunt was daarbij steeds
dat het 'mijn' toernooi was en dat ik dus het beslissende woord moest spreken,
maar al zou zijn eigen uitslag hier en daar anders zijn geweest, hij is net
als ik blij met de nu gepresenteerde, en zijn invloed erop was groot.
Toen René ons ten slotte de namen gaf, bleken
we aardig wat coryfeeën de duim omlaag te hebben gegeven, en twee debutanten
(Van Essen en Bichu) hoog te hebben bekroond. De winnaar van het toernooi, de
Nieuwzeelander Emil Melnichenko, publiceert al meer dan een kwart eeuw,
en heeft al vele prijzen gewonnen.
Deze definitieve uitslag is gelijk aan de voorlopige; de ingediende claims maakten
alleen een paar puntjes op de i nodig. Niet bekroonde inzenders kunnen vrij over
hun werk beschikken.
Amsterdam, 13 april / 9 augustus 2003
Tim Krabbé
Harold van der Heijden (FIDE-arbiter voor eindspelstudies)
Eerste Prijs: Emil Melnichenko (Nieuw Zeeland)
Met een buitengewoon geestige offer-manoeuvre, waarbij Zwart steeds achter de
aangeboden stukken schuilt, creëert Wit ontruimende schaaks voor achtereenvolgens
twee torens. Zo komt ten slotte veld g8 vrij en kan Wit ook g7, met winnende
promotie, ontruimen.
De constructie, met slechts 12 stukken, die vaak ontleed wordt
tot een eindspel van toren plus pion tegen toren, is volmaakt. De manoeuvre wordt als
echo-kameleon op twee lijnen vertoond, en ook de thematische verleiding 1.Ld7+,
waarna een derde versie van de ontruimingsmanoeuvre faalt op een remise-versie van
het toreneindspel, draagt bij tot de eenheid. Deze echo's maken de studie tot het
hoogtepunt in de ontwikkeling van een idee dat de componist twintig jaar heeft
bezig gehouden.
Opmerkelijk is dat Melnichenko er op uit lijkt te zijn geweest
zijn kunstwerk ontoegankelijk te maken, met een moeilijk doordringbaar notatiesysteem
voor de naar schatting 1200 zetten van zijn analyse. Het heeft de toernooidirecteur
vele uren gekost om dat labyrint in handelbaar PGN-formaat om te zetten,
en de jury om de weg van ingang tot uitgang helder voor ogen te krijgen.
De beloning was groot.
Wit speelt en wint
Zwart dreigt mat. Om te winnen moet Wit veld g7 vrijmaken, dus Tg8 met schaak
wegspelen, dus Tf8 met schaak wegspelen, dus een loper offeren om een lijn te openen
voor het eerste schaakje.
1.Lb7+! Waarom 1.Ld7+ niet werkt zien we later. Zwart moet nu een van de lopers slaan, anders
kan Wit zijn noordoost-hoek sneller bevrijden. Er zijn twee varianten.
a) 1...Kxc7 2.Tc8+ Kb6 3.Tc6+ Of 3...Kxb7 en het toreneindspel na 4.Tb8+ Kxc6 5.g8D Pf8+ 6.Kg7 Txg6+
7.Kxf8 Pe6+ 8.Dxe6+ Txe6 9.Kf7 is voor Wit gewonnen. De thematische voortzetting is:
3...Kb5 Zwart schuilt achter de witte stukken. Na de vreemde drijfjacht
4.La6+ Ka5 5.Tc5+ Ka4 6.Lb5+ Kb4 7.Tc4+ Kb3 8.La4+ Ka3 9.Tc3+ Ka2 10.Lb3+ Kb2
11.Tc2+ Kb1 12.La2+ Ka1 13.Tc1+ maakt de rand van het bord daar een eind aan:
13...Kxa2 14.Ta8+ gevolgd door 15.g8D en Wit wint.
b) 1...Kxb7 2.Tb8+ Kc6 3.Tb6+ en nu helpt de zwartveldige loper bij de jacht:
3...Kc5 of weer 3...Kxc7 4.Tc8+ Kxb6 5.g8D en Wit wint
4.Ld6+ Kd5 5.Tb5+ Kd4 6.Lc5+ Kc4 7.Tb4+ Kc3 8.Ld4+ Kd3 9.Tb3+ Kd2 10.Lc3+ Kc2
11.Tb2+ Kc1 12.Ld2+ Kd1 13.Tb1+ en Tg8 kan eindelijk zijn verlossende schaakje
geven.
De thematische verleiding
1.Ld7+? werkt niet, omdat na
1...Kxd7! de zwarte koning te dichtbij komt:
2.Td8+ Kc6 3.Td6+ Zou Zwart zich ook nu naar de onderkant van het bord laten jagen, dan wint Wit als
bekend, maar nu komt:
3...Kxc7! 4.Tc8+ Kxd6 5.g8D Of 5.Td8+ Ke7! en beide promoties leiden slechts tot remise; 6.g8D Pf8+ 7.Kg7 Txg6+
enz., of 6.g8P+ Kxd8 7.Pxh6 Pf8
5...Pf8+ 6.Kg7 Txg6+ 7.Kxf8 Pe6+ 8.Dxe6+ Kxe6 en hier is het toreneindspel
remise.
NB 16 april: Zoals Rik van der Heiden terecht opmerkt kan Zwart het in de
hoofdvariant na 1.Lb7+ met 1...Kd7(!) een zet langer volhouden. Wit heeft
dan niet beter dan 2.Td8+ Kxc7 3.Tc8+ en alles gebeurt een zet later.
Tweede Prijs: Martin van Essen (Nederland)
Wit staat twee torens voor, maar moet een geweldig offer-gevecht leveren
om promotie te voorkomen. Daarbij overtroeven beide partijen elkaar: Prokeš-manoeuvre
met dubbel torenoffer op f4 van Wit; zelf-blokkerend loperoffer op een promotieveld
en losse schaakparade met Novotny van Zwart. De zwarte koning wordt tot een Lange
Mars naar f3 gedwongen waar zijn trotse vrijpionnen alleen maar bijdragen tot
de tragikomische maar ook sprookjesachtige manier waarop hij wordt matgezet.
De beginstelling is wat rommelig maar toch licht, en het
is een wonder dat dit bouwwerk overeind bleef tegen het rekengeweld dat erop
is losgelaten. Ook in die bijvarianten zijn mooie zetten te vinden.
Een schitterend debuut.
Wit speelt en wint
1.e6+ Niet 1.Pd3 e1D+ 2.Pxe1 f2, en ook niet 1.Te4 e1D+ 2.Txe1 Lxe1+ 3.Kg5
bxa6 4.e6+ Lxe6 5.Tb7+ Kg8 6.Pxe6 Lc3 (6...f2 7.Tg7+ Kh8 8.Tf7) 7.Td7 f2 8.Td1
Kf7 9.Pd8+ Kg7 en de mogelijkheid Lf6+ levert Zwart remise op; 10.Pc6 Le1
11.Td7+ met eeuwig schaak.
1...Lxe6 2.Txb7+ Kg6 3.f5+ Kxf5 Of 3...Lxf5 4.Tb6+ Kf7 5.Pd3!
4.Pd3 Op 4.Te4 volgt Ld5! Nu verliest Zwart na 4...e1D+ 5.Pxe1 Lxe1+
6.Kh3 Lxc4 7.Lxc4 en ook na 4...f2 5.Tc5+ Kf6 6.Pf4 f(e)1D 7.Ph5+ Kg6 8.Ld3+
Kh6 9.Txh7 mat, maar hij heeft het paradoxale
4...Le1+! Blokkeert het eigen promotieveld. Na 4...e1D+ 5.Pxe1 Lxe1+ 6.Kh3 Lxc4 7.Lxc4
volgt een langzame maar zekere dood.
5.Pxe1 f2 Nu lijkt de andere pion te promoveren. Maar:
6.Tf4+! Kxf4 Nu zou na 7.Pg2+ Kf3 Zwart winnen omdat b7 nog geblokkeerd is. Het ontruimen
van dat veld is een toren waard.
7.Txb4+ Nu lijkt het lot van de pionnen bezegeld;
7...Kf5 8.Ld3+ Kf6 9.Tf4+ of 7...Ke3 8.Pc2+ Kd2 9.Td4+ gevolgd door Lxe2.
7...Lc4! Laatste redmiddel: een losse schaakparade (tegelijk een Novotny) om de diagonaal
a6-e2 af te sluiten.
8.Txc4+ Kf5 9.Tf4+! Na twee loperoffers van Zwart een tweede torenoffer van Wit, om die diagonaal toch
weer vrij te maken.
9...Kxf4 10.Pg2+ Kf3 Anders Lxe2. Maar nu:
11.Lb7 met een sprookjesmat waar, op pion h7 na, alle overblijvende
stukken bij zijn betrokken.
Derde Prijs: Jarl Ulrichsen (Noorwegen)
Natuurlijke beginstelling; kristalhelder verhaaltje, beheerst door één
thema: het tegengaan van promotie. Met behulp van twee losse schaakparades
benut Wit het vindingrijke anti-promotiegevecht van Zwart voor een nog vindingrijker
eigen anti-promotie manoeuvre. De paradoxale tocht van de witte koning van
a5 over c8 naar d5 om pion h5 tegen te houden, doet aan Réti denken.
Wit speelt en maakt remise
1.a7 Lijkt zelfs winnend.
1...Le1+ 2.Kb5 c6+ 3.Kc5 Pxd3+ Na 3...Lf2+? 4.d4 wint Wit.
4.Kd6 Lg3+ 5.f4! Voorlopig onbegrijpelijk. Na 5.Kxd7 Pc5+ 6.Kd8 Pe6+ 7.Kc8 Pc7 wint Zwart.
5...Lxf4+ 6.e5! Lxe5+ 7.Kxd7 Pc5+ 8.Kc8 Of weer 8.Kd8 Pe6+ 9.Kc8 Pc7 en Zwart wint.
8...Pxa4 9.Kxb7 Pb6 10.Kxb6 Ld4+ 11.Kxc6 Lxa7 Eindelijk heeft Zwart de vrijpion te pakken.
12.Kxd5 Maar nu blijkt wat Wit ondertussen aan het doen was: met 5.f4 en
6.e5 gebruikte hij Zwarts noodzaak om de diagonaal h2-b8 te gebruiken, om de diagonaal
vrij te maken die hij nodig heeft voor het tegenhouden van pion h5.
Vierde Prijs: Gady Costeff (Israël / USA)
Geniale slotstelling met een drievoudig penpat na een verbluffende toren-promotie.
Het spel, vanuit een beginstelling die een verbazende gelijkenis vertoont
met die van de Eerste Prijs, is wat rommelig - maar misschien verdient de componist
juist lof dat hij überhaupt een meer dan aanvaardbare inleiding tot zijn
mooie vondst voor elkaar heeft gekregen. De vork na 7...Lxg7+ 8.Kxg7 is een
geweldige grap, en het is verbluffend Zwart na 7.Pg8 geen gewonnen database-eindspel
van toren plus loper tegen twee paarden kan bereiken.
Wit speelt en maakt remise
1.Pe4+ Na andere eerste zetten verliest de promotie haar kracht; bv. 1.Tc8+
Kxd2 2.f8D Th6+ 3.Kg8 Pf6+ 4.Kf7 Ph7+ 5.Ke8 Txf8+ 6.gxf8D Pxf8 7.Pf5 Tf6 8.Pxd6
Txd6 9.Kxf8 g4 enz.
1...Kd4 2.Pxg5 Andere pogingen mislukken, zoals 2.Te8
Kxe4 3.f8D Th6+ 4.Kg8 Pf6+ 5.Kf7 Ph7+ 6.Pf5+ Kxf5 7.Dh8 Kg4+ 8.Kg8 Pf6+ 9.Kf7
Pxe8+ 10.Kxe8 Txh8+ 11.gxh8D Tf8+ en Zwart wint.
2...Th6+ 3.Ph7 Pf6 Of 3...Le5 4.Td8+ Ke4 5.Kg8 Lxg7 6.f8D Lxf8 7.Pxf8 Tg2+ 8.Peg6 Pf4 9.Te8+ Kd5
10.Kg7 met remise - 'tenminste, zolang er geen 8-stukken databases bestaan,' merkt
de componist droogjes op.
4.g8D Pxg8 5.fxg8T! Le5+ 6.Tg7 Txf8+ 7.Pg8 en Zwart kan niet winnen. Met een dame op g7 ging nu bijvoorbeeld 7...Ta8 8.Dxe5+
Kxe5 9.Kg7 Tb6, maar nu zijn pennende torenzetten pat. Na 7...Tf7 8.Pxh6
Lxg7+ 9.Kg8 Ta7 is 10.Pf5+ reddend, en na
7...Lxg7+ 8.Kxg7 maakt de koningsvork op de twee torens remise.
Speciale Prijs: Dirk Borst (Nederland)
Zwart creëert een ongewone dolle toren die geslagen kan worden zonder
dat het meteen pat is. Met een fraaie manoeuvre die uit verschillende fasen
bestaat, weet Wit die toren toch te bedwingen. Erg mooi is dat twee
zetten van één pion (c7-c5 en c7-c6) ieder een andere cruciale rol spelen.
Wit speelt en wint
1.Lf5 1.Ld7+ om de pion vast naar het veld te lokken waar Wit hem wil hebben, werkt niet:
1...c6 2.Lf5 Th2! 3.Th3 Dxh3!
1...Dh7+ Nu het mat met Ld7 er nog in zit, zou op 1...Th2 wèl volgen: 2.Th3! enz.
2.Lxh7 Txh7+ en Zwart heeft een uitgestelde dolle toren; na KxT
volgt c5, en toch pat. Om te winnen moet Wit c6+ afdwingen en een schuilplaats
op b6 creëren. Dat afdwingen gaat niet zonder de zwarte pion op g5, terwijl
het schuilen geen zin heeft met die pion. Dat bepaalt de winstmethode,
maar er zijn veel valkuilen.
3.Kg6! Alleen zo lukt het Wit, zonder op g5 te slaan, tussen de eigen torens door te lopen
om de dolle toren naar de zuidkant te dwingen.
3...Th6+ Na 3...c5? 4.Tc2(1) loopt Wit naar c3 en wint veel sneller. 3...Tg7+ komt op
hetzelfde neer.
4.Kf5 Tf6+ 5.Ke4 Te6+ Na 5...Tf4+ 6.Kd5 springt Wit naar zet 10.
6.Kd3 Td6+ 7.Ke2 Niet 7.Kc2? Td2+ 8.Kb1 Tb2+ 9.Kc1 c5 en Wit komt niet meer weg.
7...Td2+ 8.Kf3 Tf2+ 9.Ke4 Tf4+ 10.Kd5 Om deze stelling draait alles. Zonder pion g5 kon nu 10...Tf5+ volgen en Wit komt
niet verder.
10...c6+ Het enige. 10...Td4+ 11.Kc5 c6 12.Tc1 is meteen uit,
en na 10...c5 11.Tc1 Td4+ 12.Ke5 haalt Wit g5 op, loopt naar c3 en wint;
12...Te4+ 13.Kf5 Tf4+ 14.Kg6 Tf6+ 15.Kh5 Th6+ 16.Kxg5 Tg6+ 17.Kf4 Tf6+ 18.Ke3
11.Ke5 Wit kan niet meteen van de schuilplaats gebruik maken: 11.Kc5? Tf3!
is remise, vooral omdat de volgende stap van het winstplan, 12.Tc2, faalt
op: Txg3 13.Kxc6 Tc3! Dit toreneindspel is pas gewonnen als pion g5 eraf is.
11...Te4+ 12.Kf5 Tf4+ Wit kan soms langzamer winnen, Zwart sneller verliezen.
13.Kg6 Tf6+ 14.Kh5 Th6+ 15.Kxg5 Tg6+ 16.Kf4 Nu moet Wit eerst weer tussen zijn torens doorlopen om de dolle toren naar het
zuiden te dwingen.
16...Tf6+ 17.Ke3 Te6+ 18.Kd2 Te2+ En nu naar de schuilplaats.
19.Kd3 Td2+ 20.Ke4 Td4+ 21.Ke5 Te4+ 22.Kd6 Te6+ Of Td4+ 23.Kc5 Td3 (23...Txg4 24.Tgd3 Tg3 25.Kb6 c5 26.Td5! Txc3 27.Txc5 Kxa3
28.Txa5+ Kb4 29.c5) 24.Tg2 Txc3 25.Kd4! Txa3 26.c5 en wint.
23.Kc5 Te3 Of Te5+ 24.Kb6 c5 (24...Te3 25.Tb3) 25.Tc1 Te6+ 26.Kxc5 Te5+ 27.Kd4 Te4+ 28.Kc3
24.Tg2 Txc3 25.Kd4! 25.g5? Tg3!
25...Txa3 26.c5 en Wit wint dankzij zijn vrijpion g4.
Eerste Eervolle Vermelding: Jan Timman (Nederland)
Een helder en geestig verteld avontuur vanuit een natuurlijke beginstelling.
Door op de juiste manier een toren op d1 te zetten en die toren te offeren,
kan Wit een promotie-vork opzetten, waarna een tweede torenoffer op hetzelfde
veld Zwart met het verkeerde verbindingsschaak laat zitten.
Wit speelt en wint
1.O-O-O! En niet 1.Td1, zoals dadelijk blijkt.
1...cxd5 2.Txd5+ Kc6 3.Txc5+ Kxc5 4.f6+ Kc6 Niet 4...Kxc4 5.f7 e6 6.fxe8D La3+ 7.Kc2 Txe8 8.Pe3 mat, en ook niet 4...Kb6
5.c5+ gevolgd door 6.f7 Na 4...e5 5.f7 Ld6 blijkt waarom de witte koning op c1 en
niet op e1 moest staan: 6.Pxe5! (6.Txg7 Tgf8 7.fxe8D Txe8 8.Txd7 is
in beide gevallen onvoldoende) Tgf8 (6...Le7 7.Txg7 Th8 8.fxe8D Txe8 9.Tg4 met
technische winst) 7.fxe8D Txe8 en nu gaat de zwarte loper verloren: 8.Pf7+ Kc6
9.Tg6 Te6 10.Pd8+
5.Tc5+! Eerst moet de diagonaal f8-a3 afgesloten worden. Na 5.f7 e6! 6.Pe5+ (ook 6.Pf6 gxf6
7.fxg8D La3+ 8.Kc2 Txg8 9.Txg8 wint niet) 6...Kb7 7.Kc2 Le7 8.Txg7 Tgf8 9.fxe8D Txe8
10.Pg6 (10.Pxd7 Kc8) 10...Ld6 11.Txd7+ Kc6 12.Txa7 Tg8 13.Pe7+ Lxe7 14.Txe7 Tg2+
blijft Zwart leven.
5...Kxc5 6.f7 En nu, met zijn koning op c5, kan Zwart alleen de verkeerde diagonaal openen:
6...g6 7.fxg8D Lh6+ 8.Pxh6 Txg8 9.Pxg8 en Wit wint.
Tweede Eervolle Vermelding: Eduard Eilazian (Oekraïne)
Elegante partij-achtige stelling waarin Wit door het omzeilen van een aantal
paardvorkjes en een losse schaakparade, nog net wint. Vooral de redding 9...Kd5
in de variant na 4.Kg3 is fraai.
Wit speelt en wint
1.b7 Pb8 2.Pd6+ Niet meteen 2.Tc8 wegens Tg8 3.Kh4 Kf4 4.Kh5 Pg4! 5.Txg8 Pf6+
2...Kd5 Of 2...Kf3 3.Tc3+ Kf4 4.Tc4+ Kf3 5.Th4 Td8 6.Txh6 Txd6 7.Th8
Txg6 8.Tf8+ Ke4 9.Txb8 en Wit wint, of 2...Ke5 3.Tc8 Tg8 4.Pf7+ Kd5 5.Pxh6
Txg6 6.Pf7 Tb6 7.Txb8 Kc6 8.Pd8+ Kd7 9.Ta8 Kc7 10.Tc8+ Kd7 11.b8D en wint.
3.Tc8 Pg8+ 3...Tg8 4.Pf5!
4.Kg2! De andere velden op de g-lijn hebben bezwaar: 4.Kg3? Kxd6 5.Txb8 Kc7 6.Tf8 Kxb7
7.Tf7+ Kc6 8.Th7 Pe7 9.Txh8 Kd5! en Wit verliest de pion. Ook 4.Kg4 wint niet:
4...Kxd6 5.Txb8 Ph(f)6+
4...Kxd6 5.Txb8 Kc7 6.Td8! En niet 6.Tf8? Kxb7 7.Tf7+ Pe7! 8.Txe7+ Kc6 9.Kf3 Kd6 10.Ta7 Ke5 met remise.
6...Kxb7 7.Td7+ Kc6 8.Th7 Pe7 9.Txh8 Pxg6 10.Th6 en Wit wint.
Derde Eervolle Vermelding: Philippe Bichu (Frankrijk)
Met een veldruiming, gevolgd door een stil torenoffer, ontzenuwt Wit een
promotie - naar keus van Zwart door een verrassend eeuwig schaak of door een
symmetrische dame-vangst.
Wit speelt en maakt remise
1.g6! Ontruimt g5 voor een cruciaal paardschaak.
1...Lxg6 1...d1D 2.gxh7 is niet voldoende.
2.Kc4! Dreigt mat door Tf6+ enz.
2...Lxf5 2...Kxf5 3.Pf1 d1D 4.Pe3+ is remise, evenals 2...Lh5 3.Tf1 Le2+ 4.Kxd4 Lxf1 5.Pe3
3.Pf3 d1D Na 3...Ld3+ 4.Kxd4 d1D 5.Pg5+! gaat de dame verloren: 5...Kf5 6.Pe3+ of aan
de andere kant: 5...Kd6
6.Pf7+ Kc6 7.Pd8+ Kb5 8.Pc3+ enz. Maar nu heeft Wit, weer dankzij 1.g6, eeuwig schaak,
bijvoorbeeld
4.Pg5+ Ke5 5.Pf7+ Ke4 6.Pg5+ Ke5 7.Pf7+ Ke6 8.Pg5+ Kd6 9.Pf7+ Kc6
10.Pd8+ Kd6 11.Pf7+ enz.
Vierde Eervolle Vermelding: Mario Matous (Tsjechië)
Zetdwang-duel tussen loper en toren, met als originele pointe dat een zich
eveneens in zetdwang bevindend paard een fatale interferentie moet veroorzaken.
Wit speelt en wint
1.Pe5+ Kf6 2.Pd7+ Kg6 3.Le7 Kxh6 4.Pf8 Tg4 4...Ta5 5.Lf6 is meteen mat, en na 4...Txh4 5.Lxh4 gaat het paard door zetdwang
verloren.
5.La3! En niet 5.Lc5 Te4 (of Tg3 6.Ld4 Pf2 7.Lxf2 Tg8+ met remise) 6.La3 Te1 7.Lb4 Te2
8.Lc3 Tg2 en de verkeerde is aan zet.
5...Tg1 Of 5...Tc4 6.Lb2 Tc7 7.Lf6 Th7+ 8.Kg8
6.Lb4 Tg2 6...Td1 7.Lc3
7.Lc3 en nu moet het zwarte paard zijn akelige zetplicht vervullen - Zwart
gaat mat.
Vijfde Eervolle Vermelding: Andrei Visokosov (Rusland) en Nikolai Mironenko
(Oekraïne)
Met een gepointeerde inleiding bereikt Wit een eindspel van loper tegen
toren plus twee pionnen waarin hij, dankzij het paradoxale 7.Kb4! nog net
remise kan maken.
Wit speelt en maakt remise
1.c7 Tc6 2.Tg3+ Kh4 3.Ld7 Txc7 4.Tg4+ Kh5 5.Tg7 Thc6 6.Lxc6 Txg7 7.Kb4! Laat beide pionnen staan. 7.Kxa4 Tc7 8.Le4 Kg5 9.Kb4 Kf4 10.Lg6 Ke5 11.Kc3
Kd5 verliest.
7...c3 Zowel na 7...Tc7 8.Lxa4 c3 9.Lc2 Kg4 10.Kb3 Kf4 11.Lg6
Ke3 12.Kc2 als na 7...a3 8.Kxa3 Tc7 9.Le4 Kg5 10.Kb2 Kf4 11.Lg2 Ke5 12.Kc3
Kd6 13.Lf1 bereikt Wit een theoretische remise.
8.Le8+ Kg5 9.Kxc3 Maar niet 9.Lxa4 Tc7 10.Lc2 Kf4 11.Kb3 Ke3 12.Lg6 Kd2 en Zwart wint.
9...a3 10.Kb3 Ta7 11.Ka2 met remise.
De toren ziet, weliswaar tweemaal na een slagzet, alle hoeken van het bord,
waarna een laatste winstpoging van Zwart slechts door de mooie schijnbeweging
8.Kg5 verijdeld kan worden.
Wit speelt en maakt remise
1.h8D+ Txh8 2.Th1+ Kg2 3.Txh8 bxa2 4.Ta8 a1D 5.Txa1 Lxa1 6.g5 Lxf6! 7.gxf6
Kh3 8.Kg5! Het voor de hand liggende 8.Ke5 verliest na Kg4 9.Kxd5 Kxf5 10.Kd4 Kxf6 enz.
8...d4 Ook 8...Kg3 9.Kh6 d4 10.Kg7 d3 11.Kxf7 d2 12.Kg8 d1D 13.f7 is remise
9.Kf4 Kh4 10.Ke4 Kg5 11.Kxd4 Kxf5 12.Ke3 Kxf6 13.Kf4 met remise.
Eerste Bijzondere Vermelding: Alexander Golubev (Rusland)
Geestige rondgang van een paard dat, wraak nemend voor een collega, een
familieschaak op c5 nog eens dunnetjes in andere richting over komt doen.
Golubev zou een speciale prijs verdienen voor het
mooiste zelf getekende diagram.
Wit speelt en wint
1.e3+ Kc4 Of 1...Ke4 2.Pf6+ Ke5 3.Pg4+ Ke4 4.d3+ met damewinst.
2.d3+ Kb4 3.Pc2+ Ka4 4.Pd4 Dxd3 5.Pc5+! Lxc5 6.Ld7+ Kb4 7.Pc6+ Ka4 Na 7...Kb5 8.Pe5+ Kb6 9.Pxd3 Lxe3 heeft Wit een langzame maar zekere technische winst.
8.Pe5+ 8.Pxa7+ Kb4 9.Pc6+ is tijdverlies; na 9...Kb5 10.Pe5+ Kb6 11.Pxd3 Lxe3 noch na
9...Ka4 10.Pe5+ speelt de gewonnen pion een rol.
8...Db5 9.Pd3 Dxd7 Er dreigde ook b3 mat. Maar nu komt er een nieuw familieschaak op c5:
10.Pxc5+ en Wit wint.
Tweede Bijzondere Vermelding: Roger Missiaen (België)
Een gedomineerde loper wordt ten slotte veroverd met een hoekzet van een paard.
Wit speelt en wint
Wit staat twee stukken voor, maar er staan er ook twee in.
1.Pf4+ 1.Pg3+ Kf3 kost een stuk en de winst.
1...Kf3 2.Pxd3! Niet 2.Lc6+ Kxf4 3.Lc7 d2 4.Lxd6+ Ke3 5.Lc5+ Kf4 met remise.
2...Pxb5 3.Pf6 Pd6 Of 3...Lg6 4.Ld8! gevolgd door Pe5 met stukwinst. Ook na 3...Ke2 4.Pe5 Pd6
5.Lc7 Pb5 6.Lb8 gaat de loper verloren.
4.Lc7 Pb5 5.Lb8 Lg6 6.Pe5+ Kf4 en nu niet 7.Pxg6+ Kg5 en Zwart wint het stuk meteen terug, maar
7.Pf7+! Ke3 8.Ph8! en de loper gaat nu echt verloren. Wit wint.
Derde Bijzondere Vermelding: Luis Miguel Gonzalez (Spanje)
Een hardhandig gevecht om een onderste rij-mat, waarbij de witte stukken voortdurend
op door pionnen gedekte velden gaan staan. Het hoogtepunt is het frappante 6.Tfd6.
Wit speelt en wint
1.Txf6 Dreigt vooral Kf7, wat nu nog gepareerd zou worden door Pg4
1...Kg8 2.c7 Tc6 Of 2...Ta8 3.Pxd6 en nu 3...e(g)xf6 4.Pc8! of 3...h2 4.Pe4 Tbb8 5.cxb8D+ Txb8 6.Tf1
3.Pxd6 Txc7 4.Pe8 Na 4.Tf7 maakt exd6 5.Txc7 d5+ 6.Kg5 a2 op den duur remise.
4...Tac6 5.Td8 Tc8 en nu
6.Tfd6! en mat in enkele zetten, bijvoorbeeld
6...Txd8 7.Pf6+ exf6 8.Txd8 mat
Vierde Bijzondere Vermelding: Mario Matous (Tsjechië)
In een partij-achtige stand vermijdt Wit twee patvallen, en wint na minorpromotie
door een drielopermat.
Wit speelt en wint
1.h7 En niet 1.Le6+ Ka3 2.h7 Db1+
1...Dh1+ 2.Kb6 Dxh4 3.h8D Dxg4 is nu remise; Wit moet eerst zijn Lg4 redden. 3.Ld1+ Kc4 wint niet, en dus:
3.Le6+ Ka3 en nu niet 4.h8D Dxd4+ 5.Dxd4 pat, maar
4.h8L! Dreigt zowel 5.Lc5+ als Lb2+
4...Dg5 5.Lb2+! Vermijdt de val 5.Lc5+? Dxc5+ 6.Kxc5 waarna het toch pat zou zijn.
5... Kb4 6.Lhc3 met een fraai mat.
Door een schuilplaats voor zijn koning te creëren weet Wit de zwarte vrijpionnen tegen
te houden en nog net een remise database-eindspel te bereiken. Het slotspel, waarin de
witte koning de verkeerde kant op te lijkt lopen, is fraai.
Wit speelt en maakt remise
1.Txf6 Anders gebeuren er dingen als 1.Tc7 g3 2.c6 g2 3.cxd7 Td1 4.Tb8 Tb1+ of
1.Tc8 g3 2.c6 g2 3.cxd7 Td1 4.d8D Txd8 5.Txd8 g1D 6.Tc6 Kxg6 of 1.Td6 g3 2.Td2 g2
3.Txg2 Txg2 4.Kxc4 Tc2+ 5.Kd5 Kxg6 en Zwarts materiële voorsprong beslist.
1...g3 2.c6 dxc6+ 3.Kxc6 c3 4.Tf5+ Kh6 5.Tc5 g2 6.Txc3 Th1 7.Tg3
g1D 8.Txg1 Txg1 9.Kd5 Txg6 en nu is volgens de eindspel-databases
10.Tb1! de enige remise-zet. Er kan volgen:
10...Tg4 11.Th1+ Kg6 12.Ke5 Kg5 13.Ke6 g6 14.Kf7 Tf4+ 15.Kg7 met remise.
Het onwaarschijnlijke 5.Ta4+, een torenoffer met schaakprovocatie terwijl
Zwart van alles dreigde, is een fraaie vondst, maar ook het resulterende eeuwig
schaak is aardig.
Zwart speelt, Wit maakt remise
1...d2+ Niet 1...b2 wegens 2.Ta4+! Zwart wil met schaak kunnen slaan.
2.Kf1 e2+ 3.Kxe2 d1D+ 4.Kxd1 Na 4.Dxd1 Lh5+ 5.Kd2 Lxd1 6.Tc5 b2 7.Txa5+ La4 8.Pb5+ Kb3 9.Pd4+ Kc4 10.Txa4+ Kd5
11.Txa2 b1D moet Zwart winnen.
4...b2 5.Ta4+! Toch.
5...Lxa4+ 6.Kd2 bxa1D 7.Pc4+ Kb3 8.Pxa5+ Kb2 9.Pc4+ Kb1 10.Pa3+ Kb2
11.Pc4+ enz. met remise.